Donderdag werd er op een feestelijke wijze afscheid genomen van deze collega’s. Helaas kon dit, wegens de huidige omstandigheden, niet op de grootse manier die we gewend zijn. Gelukkig was er een mooi alternatief.
De secties en naaste collega’s spraken de pensionado’s in kleine kring toe. Na deze persoonlijke noot werd er geproost in de aula. Het personeel van De Nassau verzamelde zich op de parkeerplaats en vormde een defilé langs de vertrekkende collega’s. Zo konden we toch op een leuke manier afscheid nemen van de collega’s die zich jarenlang hebben ingezet voor De Nassau.
Om een goed beeld te geven van de pensionado’s hebben we naaste collega’s gevraagd om een leuke anekdote:
Ad van der Does: ‘Els was er altijd voor de leerlingen. Ze kletste overdag veel met collega’s, waardoor ze het werk ’s avonds in moest halen. Hierdoor was ze vaak langer bezig. Als Els iets in haar hoofd had, liet ze dat niet zomaar weer los.’
Luc Vennink: ‘Ik heb Piet leren kennen als een oprechte man met het hart op de goede plek. Wat hem typeerde, was dat hij nooit iets weg kon gooien, daarom noemde ik hem soms Malle Pietje. Als het om kopieerwerk ging, was hij altijd heel serieus. In dat geval was hij echt Pietje Precies. Ik heb een heel goede collega aan hem gehad.’
Gilbert Jansen: ‘Henk zijn prioriteit lag bij de lessen en zijn leerlingen. Tijdens een vergadering had hij vaak even tien minuten nodig om stoom af te blazen, om vervolgens rake dingen te zeggen. In de pauzes kon je alle kanten met hem op: muziek, geschiedenis en natuurlijk voetbal.’
Arjette Eijlders: ‘Jan Pieter was lange tijd een ploegleider met klasse. Met zijn ploeg zette hij vaak de sprint in. Hij wilde het maximale resultaat. De leerling was daarbij altijd in beeld. Ik heb hem leren kennen als een ‘honourable’ en sportieve collega die uitstekend kan schakelen. Hij kan voldaan terugkijken op een mooie carrière en anderen aanmoedigen met zijn befaamde woorden: Keep up the good work!’
Bert van Werven: ‘Wat kenmerkend is voor Ad, is dat hij al-tijd bezig wilde zijn. Een paar jaar geleden zaten Ad en ik op een zaterdagmiddag vlak voor de zomervakantie in een lege school ploeterend de lessen voor het nieuwe schooljaar in te roosteren. De roosterautomaat had zoals gewoonlijk nog zo’n 6 of 7 lessen niet kunnen plaatsen, die moesten we dan nog handmatig erin krijgen, altijd een heel gepuzzel. Ik was bezig op mijn computer allerlei input te controleren en Ad begon op zijn computer aan het inplannen van die laatste paar lessen. Van tijd tot tijd kreeg ik van achter me te horen: “Weer gelukt, de volgende”. Tot hij opeens, op een voor Ad kenmerkende manier, zei: “Hé, er zijn geen lessen meer, alles staat erin, beetje jammer… Nou, dan maar een spa rood.”
Ad Gielen: ‘Bert is een echte controlfreak (in de goede zin van het woord), maar toch kan hij nooit op tijd komen. Op tijd komen is voor Bert echt een “dingetje”. In het begin van onze 20-jarige roostertijd sprak ik met Bert een tijd af om te beginnen en Bert was altijd te laat. Na een tijdje heb ik geleerd om gewoon vijftien minuten eerder af te spreken, dus in plaats van 9.00 uur sprak ik af om 8.45 uur. Bert was er om 9.00 uur en ik was er toch altijd te vroeg voor het geval dat Bert een keer echt op tijd zou zijn.’
We wensen deze fijne collega’s een welverdiend pensioen toe.